Duaal Leren
Wat is Duaal Leren?
Een formule die werknemers van de toekomst toelaat om een opleiding deels te volgen op school, in een CDO, een CVO of een CLW en deels op een bedrijf. In een duale opleiding engageert de jongere zich om 2 dagen per week naar school te gaan en 3 dagen per week opleiding en werkervaring op te doen bij een bedrijf. De inhoud van de opleiding is vastgelegd in een standaardtraject. In dit traject worden o.a. alle competenties vermeld die de jongere onder de knie moet hebben bij afronding van de opleiding.
Deze formule vraagt een nauwe samenwerking tussen school en bedrijf!
De opleidingsuren op de werkvloer (minstens 20u/week) en de engagementen van de jongere, de school en het bedrijf worden vastgelegd in een OAO-contract, een Overeenkomst van Alternerende Opleiding.
Heeft u als bedrijf interesse om een jongere mee op te leiden? Dan heeft u een erkenning als werkplek nodig en minstens één erkende mentor. TFTC en het sectoraal partnerschap textielverzorging volgen deze erkenningen en opleidingen mee op. TFTC helpt u graag met de procedure voor het erkennen van uw bedrijf als leerwerkplek en met de ondersteuning van de scholen die duale opleidingen organiseren. Ook voor de tweedaagse sectorspecifieke mentoropleiding “Hoe mensen ideaal begeleiden?” kan u bij TFTC terecht.
Klachtenprocedure
Voor klachten die betrekking hebben op de uitvoering van de overeenkomst op de werkplek kan u een klachtenprocedure volgen , die hier beschreven staat: klachtenprocedure. Hier kan u tevens meteen een klacht indienen via het online formulier.
Werkbaar Werk
Thermische omgevingsfactoren
Het Koninklijk Besluit van 4 juni 2012 betreffende de thermische omgevingsfactoren bepaalt dat de werkgever een risicoanalyse moet uitvoeren over de thermische omgevingsfactoren van klimatologische of technologische aard.
In functie van de verkregen resultaten tijdens de risicoanalyse moet de werkgever de gepaste preventiemaatregelen bepalen. Wij weten dat er door de bevoegde instanties reeds een aantal controles hieromtrent werden gedaan en wij willen u dan ook graag informeren.
Gelukkig bestaat er een eenvoudig maar afdoend Excel-bestand, uitgewerkt door een professor aan de KUL, dat vrij te gebruiken is. Aan de hand van zes korte onderdelen kan u zelf bepalen wat de eventuele risico’s zijn: het programma maakt automatisch een synthese.
Sla – na het ingevuld te hebben – dit bestand op en onthoud waar het staat mocht er bij een volgende externe controle naar gevraagd worden.
Preventie van psychosociale risico’s op het werk
Het Koninklijk Besluit van 10 april 2014 betreffende de preventie van psychosociale risico’s op het werk bepaalt dat “de werkgever de situaties die aanleiding kunnen geven tot psychosociale risico’s op het werk moet identificeren met medewerking van de werknemers” en “passende preventiemaatregelen moet treffen”.
Om de werkgevers te helpen, heeft TFTC in samenwerking met FBT een sectorale bevraging opgesteld die helemaal voldoet aan de verwachtingen van de wetgever! Deze bevraging mag anoniem gebeuren, maar best laat u uw medewerkers tekenen dat ze de vragenlijst ontvangen hebben (cfr. arbeidsreglement).
Voelen werknemers uit de textielverzorging zich goed in hun job?
Non-Discriminatie
Gelijkheid en het tegengaan van discriminatie nemen een belangrijke plek in op de agenda van de Europese Unie. Door middel van wetgeving zorgt de EU ervoor dat burgers overal in de Europese Unie dezelfde mate van bescherming tegen discriminatie genieten.
Aandachtspunten daarbij zijn onder meer het bevorderen van gelijke behandeling van vrouwen op de arbeidsmarkt, van etnische en religieuze minderheden en van lesbische, homoseksuele, biseksuele, transgender, interseks mensen en queers (LHBTIQ).
In december 2015 presenteerde de Europese Commissie een strategisch plan voor de periode 2016-2019. Begin maart 2020 is dit plan vernieuwd onder de Commissie von der Leyen voor de periode 2020-2025.
Voelen werknemers uit de textielverzorging zich gediscrimineerd?
Inclusie
Een inclusieve samenleving
Een inclusieve samenleving is een open samenleving waar iedereen ertoe doet en van waarde is ongeacht verschillen. Ieder mens draagt op zijn of haar manier bij aan de samenleving en juist dankzij de verschillen tussen mensen, zo waardevol en betekenisvol! Dat betekent dat iedereen die dat wil volwaardig deel uit kan maken van die samenleving en erbij hoort. In een inclusieve samenleving heeft iedereen dezelfde rechten en dezelfde kansen om zelfstandig mee te doen op alle terreinen van het leven. Dat kan alleen als men rekening met elkaar houdt en geen drempels opwerpt voor de ander om mee te kunnen doen.
Misschien denk je nu: ‘ja, maar iemand met een beperking kan nu toch al meedoen?’ Er zijn immers scholen voor speciaal onderwijs, woonvoorzieningen voor mensen met een beperking en er is reisassistentie voor mensen in een rolstoel die met de trein reizen. Maar dit zijn geen voorbeelden van inclusie. Want in een inclusieve samenleving zijn alle voorzieningen toegankelijk voor iedereen. Dan zijn mensen met een beperking veel minder afhankelijk van speciale voorzieningen. En kan iedereen zelfstandig deelnemen aan de samenleving.
Als iedereen hetzelfde behandeld wordt, betekent dit, dat er mensen zijn die niet mee kunnen doen. Niet iedereen heeft immers dezelfde noden. Soms is er iets extra’s of iets anders nodig om deel uit te kunnen maken van de samenleving. Dan wordt er voor iemand een oplossing gevonden zodat hij of zij toch mee kan doen. Iemand kan door individuele aanpassingen op gelijke voet mee doen.
Maar het kan ook anders. We kunnen er ook van tevoren rekening mee houden dat niet iedereen hetzelfde is. En de samenleving zó inrichten dat er geen extra voorzieningen en aanpassingen nodig zijn. Dat is een inclusieve hartelijke samenleving.
Sectoraal Partnerschap
HET SECTORAAL PARTNERSCHAP TEXTIELVERZORGING
Op 10 juni 2016 keurde de Vlaamse Regering het ‘decreet tot regeling van bepaalde aspecten van de alternerende opleidingen’ goed. Een belangrijke stap in de concretisering van het nieuwe systeem van duaal leren.
Dit decreet besliste in de oprichting van het Vlaams Partnerschap Duaal Leren en de Sectorale Partnerschappen. Organen waarin alle relevante werk- en onderwijspartners zetelen, met reële bevoegdheden, zoals de erkenning van leerbedrijven.
Volgens een aantal criteria komt een onderneming of organisatie (privaat of publiek) al dan niet in aanmerking om jongeren op te leiden. Verder moet nagegaan worden of een leerbedrijf over alle nodige middelen (zowel qua uitrusting als qua personeel) beschikt om op een behoorlijke en kwaliteitsvolle manier op te leiden. Ook de registratie en opvolging van de overeenkomsten tussen jongeren en bedrijven en het hele proces dat hieraan is verbonden (denk bijvoorbeeld aan de matching tussen jongere en werkgever) is een belangrijke rol voor deze samenwerkingen.
Een sectoraal partnerschap is een overlegplatform met zowel onderwijs- als werkpartners uit een bepaalde sector. Het Departement Werk en Sociale Economie neemt deel aan de sectorale partnerschappen en organiseert maandelijks een klankbordgroep om aspecten van duaal leren te bespreken. Het Sectoraal Partnerschap Textielverzorging werd als tweede sector in Vlaanderen officieel bekrachtigd op 29 november 2016.
Wat zijn de specifieke taken van het Sectoraal Partnerschap Textielverzorging?
- Erkenning of opheffing van erkenning van een onderneming: ontvankelijkheid, administratief, bevraging sociale partners en plaatsbezoek
- Als wij rekruteren in DBSO of leertijd geldt de Overeenkomst van Alternerende Opleiding (OAO)
- Permanente opvolging van de onderneming
- Informeren over het wetgevend kader specifiek voor de sector
- Ondersteunen van scholen bij het zoeken van werkplekken
- Organisatie van de mentoropleiding en coaching van de mentor
- Ondersteunen bij de opmaak van een activiteitenlijst en uitrustingslijst
Voor meer inlichtingen over het Sectoraal Partnerschap Textielverzorging: info@train4texcare.be
Sectorconvenant
TFTC heeft een sectorconvenant afgesloten met de Vlaamse Overheid. Hiermee engageert TFTC zich namens de sector om acties en projecten uit te voeren met betrekking tot volgende decretale thema’s:
- De afstemming tussen onderwijs en de arbeidsmarkt
- Instroom, zij-instroom, doorstroom en retentie
- Levenslang leren en competentiebeleid
- Werkbaar werk
- Diversiteit en inclusie
Intersectorale werking
De uitvoering van het sectorconvenant wordt ondersteund door de 3 intersectorale adviseurs van de SERV. Zij stimuleren netwerking, intervisie en samenwerking tussen de sectoren.